WANDELEN: Muiden

Zowel Muiderberg als Muiden heb ik wel eens geschampt op de fiets, maar ik heb naar beste weten nog nooit voor de poorten van het Muiderslot gestaan. Zeer strategisch gelegen bij de monding van de Vecht in de voormalige Zuiderzee. Muiden was één van de vestingsteden van de Oude en de Nieuwe Hollandse Waterlinie en later onderdeel van de Stelling van Amsterdam.


Het Muiderslot vertegenwoordigt een flink stukje Nederlandse geschiedenis met als eerste hoofdpersoon graaf Floris V van Holland (1254–1296) en later met historicus en dichter P.C. Hooft (1581–1647). Veel is er over bouw, verval, afbraak, herbouw, restauratie van het Muiderslot onbekend. Floris V zou in 1280 het slot hebben laten bouwen. Zijn grote territoriale ambities resulteerden ook in vele vijanden. In 1296 wordt hij tijdens een jachtpartij ontvoerd en bij een poging tot ontzet door aanhangers vermoord bij Muiderberg.


Dichter P.C. Hooft wordt in 1609 Drost van Muiden en bewoont (in de zomer) het Muiderslot tot zijn overlijden in 1647. Vele vrienden en bekenden komen bij hem in het kasteel logeren (“In de pruimentijd”), maar de zogenaamde invloedrijke literaire Muiderkring blijkt een mythe te zijn. Wel wordt Hooft als de eerste moderne dichter in de Nederlandse taal beschouwd. Hij schrijft onder andere een toneelstuk over de moord op Floris V. Daarmee is de cirkel van het Muiderslot rond.


Dinsdag, 15 augustus 2023. Ik heb een aantrekkelijk wandelrondje gevonden om de ‘Noordpolder beoosten Muiden’ heen, met start in Muiderberg. Muiderberg is gelegen op een stuwwal langs de voormalige Zuiderzee. Aan de westzijde van het dorp een kleine parkeerplaats bij de Kerk aan Zee. De toren van deze kerk verloor ooit zijn spits bij een brand, en is nu een stompe toren afgewerkt met kantelen. Vóór de bouw van de kerk in de vijftiende eeuw stond hier een kapel ter ere van Floris V.  


Het kerkje ligt inderdaad pal aan het water. Aan de overkant van het IJmeer duidelijk zicht op de skyline van Almere. Ik volg de grasdijk langs het IJmeer enkele kilometers westelijk richting Muiden.


De dijkhelling aan de waterkant staat vol met essen, af en toe met een dooie tak, maar deze bomen zullen niet bezwijken aan de essentaksterfte. Wel opvallend is dat de ene boom vol hangt met dichte bossen gevleugelde vruchtjes, terwijl in de boom ernaast geen vrucht is te bekennen. Ik lees dat de es bekend staat om zijn onvolledige tweehuizigheid. Meestal hebben de bomen tweeslachtige bloemen en dragen dus vrucht, maar er komen ook mannelijke bomen voor zonder vruchtdracht. Volledig vrouwelijk bloeiende bomen (die ook vruchten dragen door windbestuiving) zijn zeldzaam. Op deze dijk staat in elk geval een behoorlijk percentage mannelijke bomen zonder vruchten.


In de struiklaag overheersen de rode vruchten van meidoorn en af en toe de rode tot zwarte bessen van de Amerikaanse vogelkers. Daaronder bloeien overvloedig koninginnenkruid, vlasbekje en glad walstro.


Er liggen drie kunstmatige luwte-eilandjes voor de kust, aangelegd in de negentiger jaren van de vorige eeuw. Eiland Hooft bekeek ik al eens op de fiets vanaf de Hollandse Brug in de A6, maar zocht geen verklaring voor de naam (‘De eerste van vijftien’. In: Tureluren, 2015). Maar nu vallen de puzzelstukjes op hun plek. De drie eilandjes heten Hooft, Warenar en Drost, en verwijzen dus naar dichter P.C. Hooft, die Drost was van Muiden en een toneelstuk schreef met de titel Warenar (een blijspel over een vrek).  


Het schelpenstrandje met de mooie naam Zilverstrand wordt omzoomd door de enorme bladeren van groot hoefblad.


Ik nader het Muiderslot en op de dijk verschijnt een tankversperring die alleen maar kan stammen uit de Tweede Wereldoorlog, toen hier een deel van de Hollandse Waterlinie in werking was gesteld en dijken zoals deze de enige toegangswegen vormden.


In het verlengde van de grasdijk ligt de Stenen Beer, een dam die de slotgracht scheidde van de monding van de Vecht en de Zuiderzee. Deze is van vroegere datum (1851) en dateert uit de tijd dat de Stelling van Amsterdam werd opgetuigd, om de stad als laatste refugium via inundatie te verdedigen. Midden op de Stenen Beer staat een ‘monnik’, een torentje dat verhindert dat men over de dam het Muiderslot kan bereiken.


Vanaf de dijk zicht op het forteiland Pampus midden in het IJmeer, eveneens onderdeel van de Stelling van Amsterdam, aangelegd in 1887. De uitdrukking ‘voor Pampus liggen’ stamt uit de VOC tijd. Er was nog geen eiland, maar VOC schepen moesten bij de ondiepte van Pampus wachten op gunstig tij in de Zuiderzee om Amsterdam binnen te kunnen varen.


Groepen puttertjes vliegen af en aan om de zaadjes uit de vele distels te peuteren. Op het pad langs de slotgracht liggen de oneetbare overblijfselen van rode Amerikaanse rivierkreeften. Ik zie zelfs een kraai met twee koters druk in de weer met het levend ontleden van zo’n heerlijk kreeftje. De oevervegetatie bestaat uit rietkragen met ertussen kattenstaart, harig wilgenroosje, moerasandoorn en koninginnenkruid. Erbovenuit steken enkele metershoge planten van de moerasmelkdistel. 


Ik sta voor de poort van het Muiderslot, maar bewaar een bezoek voor later, eventueel in combinatie met een boottochtje vanuit Muiden naar Pampus.


Langs de Kazerne, die ingebed ligt in een vestingwal, bereik ik de Vecht. Het gebouw dient nu tot algemeen nut. In de monding van de Vecht ligt de Groote Zeesluis, een dubbelkerende schutsluis, met spuisluizen aan beide zijden, gebouwd tussen 1672 en 1674. Door de Afsluitdijk nam het belang af, maar het is een prachtige gerestaureerde sluis met een draaibrug, die vooral gebruikt wordt door de pleziervaart. Ik sta net aan de overkant wanneer de brug opendraait en de jachten de sluis kunnen verlaten binnenlands de Vecht op, en tegenliggers de sluis kunnen invaren om geschut te worden naar het waterniveau van het IJmeer. De draaibrug staat hierdoor wel een twintigtal minuten open.


Ik volg de Vecht stroomopwaarts op de rechteroever. Onder de Spieringbrug door en vervolgens samen met de Vecht over de A1 heen middels het Aquaduct Vechtzicht. Een grote pluk wilde marjolein siert en geurt de berm.


Een eindje verderop verbindt een Duikersluis de lange ‘Uitwatering van Het Naardermeer’ met de Vecht. Na nog een kilometertje langs de Vecht, besef ik dat ik een afslag moet hebben gemist. Jawel, ik moet de kilometerslange ‘Uitwatering van Het Naardermeer’ volgen.


Witte waterlelie en gele plomp in het water en op de oever een mooi mengsel van riet, lisdodde, kattenstaart, zwanenbloem, moerasandoorn en watermunt.


Ik loop tegen de spoorlijn Weesp–Almere aan, vlakbij de Zandhazenbrug, de spoorbrug die met een grote boog over de A1 loopt en enkele jaren geleden in zijn geheel op zijn plaats is gereden. ‘Zandhazen’ blijkt de bijnaam voor de inwoners van Muiderberg te zijn.


Terwijl enkele fietsers zich ontfermen over een zielig kipje dat in de berm ligt te verpieteren, steekt vóór mij een kleine marterachtige de weg over, ik denk een hermelijn gezien de staartlengte, maar het zou ook een wezel kunnen zijn.


Via de Googweg over de A1 en dan via de Hakkelaarsbrug over de Naardertrekvaart terug naar Muiderberg. In de buurt van deze brug zou Floris V in 1296 zijn vermoord.


In Muiderberg ligt de grootste Joodse begraafplaats van Nederland. Hier kwam ik al eens langs op een fietstocht in 2015 (‘De eerste van vijftien’. In: Tureluren, 2015). “Hij die op een begraafplaats komt, terwijl hij daar in dertig dagen niet is geweest, zegt:…”, en dan volgt er een tekst in het Hebreeuws. Na veel gepuzzel kwam ik achter de vertaling.

 

Geloofd, U, de Eeuwige, onze god, koning van de wereld. U die degenen die hier begraven zijn met recht gevormd en met recht verzorgd heeft en met recht heeft doen sterven, met recht aller getal weet [Burger Service Nummer?] en met recht zal doen herleven. Geloofd, U, de Eeuwige, die de doden doet herleven.

 

Overleden Amsterdamse Joden werden per trekschuit naar deze Begraafplaats vervoerd. “Hij is al bij de Hakkelaarsbrug” betekende dat iemand ernstig ziek was en op sterven lag.


Muiderberg heeft een mooie Brink en vlak bij mijn parkeerplaats bij de Kerk aan Zee kom ik langs een grote zwerfkei ter nagedachtenis aan… Floris V!


Er blijkt een verschil te zijn tussen de plaatsnamen die eindigen op ‘-muiden’ en op ‘-mond(e)’. Het woord ‘-muiden’ werd gebruikt voor de monding van een rivier op zee (Muiden, IJmuiden, Arnemuiden, Genemuiden), maar ‘-mond(e)’ voor uitstroom van een riviertje op een andere rivier (Roermond, IJsselmonde). 


Dat is nou toevallig! Volgende week vier dagen fietsen bij Dendermonde in Vlaanderen, bij de monding van de Dender in de Schelde.

 


[Beeldverhaal]


Gepost: 2 September 2023

 

Wandelnetwerknoordholland.nl: Route 108397 (14 km)