WANDELEN: Nieuwkoop

Het Groene Hart ligt vol met plassen die een gevolg zijn van de veenderij. Deze afgravingen begonnen als een regelmatige afwisseling van petgaten en legakkers. Die legakkers werden bij storm vaak weggevaagd, waardoor ‘wijden’ of ‘wieden’ ontstonden. Vele veenplassen zijn later weer ingepolderd, maar natuur en recreatie varen wel bij de overgebleven meren, waaronder de Nieuwkoopse Plassen in Zuid-Holland, op de grens met de provincie Utrecht. De plaatsnaam Nieuwkoop verwijst naar die veenderij. Een ‘cope’ was een middeleeuws contract om een bepaald perceel te mogen ontginnen.


Een fietstocht bracht me al eens rond de Nieuwkoopse Plassen (‘Land van Woerden’. In: Siem Sing a Song, 2020), maar een wandeling opent weer nieuwe perspectieven.


Ik start mijn wandeling op donderdag, 18 april 2024, bij de VVV aan de oostgrens van Nieuwkoop en wandel oostwaards, richting het dorp Noorden. De veenderij vond plaats aan beide zijden van deze ontginningsweg. De ontstane veenplassen links van de weg zijn later weer ingepolderd en ingeklonken en liggen wel vier meter lager dan het waterniveau van de Nieuwkoopse Plassen rechts van de weg. Wel ligt in deze veenweiden het nieuwe natuurgebiedje Ruygeborg, onderdeel van een lint van natuurgebiedjes om de Nieuwkoopse Plassen te verbinden met de Vinkeveense Plassen. Een wandeling van twee kilometer over het Jos Gemmekepad – een verzetsvrouw die gedropt werd vanuit Engeland in Nederland en met haar parachute terechtkwam in het water bij Nieuwkoop – laat ik aan me voorbijgaan. Mijn uitgestippelde route is lang zat!


Het is wel meteen duidelijk waarom kunstschilders van met name de Haagse School (1860–1900) hier graag kwamen om de bijzondere wolkenluchten boven de weiden en wijden op het doek te vereeuwigen.


Langs de weg bloeien de bekende bermbloeiers zoals fluitenkruid, witte dovenetel, raapzaad, hondsdraf, grote vossenstaart en af en toe een beemdkroon.


In dorp Noorden ligt de veerstoep van het Zonneveer aan de Vlietsloot, een oude gegraven sloot om riet en turf aan wal te brengen. Met het Zonneveer had ik een stukje kunnen varen door de Noordeinderplas en mijn wandeling iets kunnen verkorten. Maar ik wist van tevoren dat ik een weekje te vroeg ben. Het Zonneveer vaart weer vanaf Koningsdag (27 april), maar heeft maar drie afvaarten per dag voor een zeer beperkt aantal passagiers. Wie eerst komt die eerst maalt!   


Net buiten Noorden een mooi Kerklaantje dwars door een ‘wijde’ naar de kerk van Noordse Dorp. Op de ‘wijde’ een vlot met schuiltent van fanatieke sportvissers.


Vervolgens de Uitweg richting Woerdense Verlaat. Langs deze Uitweg ligt het Pietersenpad van Natuurmonumenten, onderdeel van de Westveense Polderroute. Het Pietersenpad loopt door een smalle strook bos van een kleine kilometer lengte, waarna je met een pontje een wetering oversteekt en de Westveense Polder in wandelt naar de Westveense Wipwatermolen. Helaas is het pontje in revisie, dus dezelfde weg weer terug. Dat is geen straf, want de vorige eigenaar Jan Pietersen heeft er een prachtig stukje bos van gemaakt (de huidige boswachter die over het gebied waakt heet toevallig John Pietersen!). Er staan een aantal moerascipressen en de bodem is bedekt met de stekelvaren. Dagkoekoeksbloem staat in bloei en langs het water veel scheuten van harig wilgenroosje. Er is spontaan op één plek een kabouterdorp verrezen.


Weer terug op de Uitweg lijkt een helikopter me in de gaten te houden. En dan komen ook nog plots van alle kanten politie en brandweer aangereden. Omstanders vertellen me dat ergens in de buurt een schipper overboord is geslagen. Thuis lees ik inderdaad een nieuwsbericht over het ongeval, maar de arme man heeft zelf uit het water kunnen kruipen en was ongedeerd.


Iets verderop, bij de ‘verlaat’ (sluis) van Woerdense Verlaat, gaat de Kromme Mijdrecht over in de Grecht. Ik sta echter bij de brug en sluis op de Slikkendam, een verbinding van deze waterwegen met de Nieuwkoopse Plassen. Ik moet wachten voor de open brug en zie motorjacht Vita Bella uit Akkrum zich met moeite door de smalle sluis wurmen.


Meteen na de brug volg ik de prachtige Hollandse Kade, nog extra opgefleurd door een Oud-Hollandse kuifeend in de Kadewetering. Rechts van de kade open water met rietvelden, links van de kade moerassige legakkers met een overvloed aan veenpluis, dotterbloem, oeverzegge en… het zeldzame moeraskartelblad (primeur voor mij!). Dit is een half-parasiet. De meeste exemplaren staan in knop, een enkeling bloeit al.


De verhoogde kade zelf staat vol met holpijp, met ertussen af en toe een beemdkroon en een heggenwikke. Vanuit de rietvelden van de plassen klinkt luid en duidelijk het ‘snorren’ van zangvogel de snor, een geluid dat doet denken aan het ‘tjirpen’ van een krekel. Ik betwijfel dus of je de snor een zangvogel moet noemen.


Arts W.H.Teupken (1877–1953) kocht langs deze kade in 1933 een terrein met petgaten en legakkers, dat hij omtoverde tot Lusthof De Haeck, waar hij kon vissen en jagen in het broekbos. Een bijzondere arts die zich niet alleen inliet met deze natuur, maar ook intensief met gemotoriseerde watersport. Daarnaast publiceerde hij artikelen zoals ‘Het wereldleed als eigen schuld’ (1939) en ‘De Zelfmoord der Menschheid’ (1945). Hij leek dus ook geïnteresseerd in Apocalypsofie (ik heb net het ontzettend taaie boek van Lisa Doeland gelezen).


Nieuwkoopse Plassen & De Haeck vormen een Natura2000-gebied. Vrijwilligers van Natuurmonumenten houden nu de paden begaanbaar met houtsnippers. Er staat een uitkijktoren over de Nieuwkoopse Plassen, mooie houten bruggetjes in de lusthof om de legakkers met elkaar te verbinden, enige aanplant van rododendron en bamboe, bankjes bij mooie doorkijkjes.


Ik bereik Werkschuur De Kievit van Natuurmonumenten, met de aanlegsteiger van het Zonneveer. Hier ontspringt veenriviertje de Meije in de Nieuwkoopse Plassen en stroomt naar de Oude Rijn bij Zwammerdam. Ook sluit hier de Oude Meije aan, die verderop ontspringt in de Grecht.


Ik volg de meanderende Meije richting lintdorp De Meije. De kade van het veenriviertje is recentelijk versterkt met een stalen damwand. De oever heeft nog wel even tijd nodig om zich van deze rigoureuze ingreep te herstellen. Ik leer de nieuwe fauna-term FUP kennen, wat staat voor Fauna-Uittrede-Plaats: trappetjes aan de buitenkant van de damwand, zodat bijvoorbeeld eenden – en vooral jonge eendjes – uit het water over de damwand kunnen klimmen! Ik hoor wulpen hier hartelijk om jodelen.


Links van de kade liggen nog enkele zeldzame schraallanden, waar veenpluis wappert in de wind. Deze horen ook bij het Natura2000-gebied, maar liggen in de provincie Utrecht, want de Meije is hier de provinciegrens.


Een volautomatisch Bosman watermolentje helpt bij het reguleren van het waterpeil in de veenweiden. Een koppel knobbelzwanen bewondert trots hun knoeperts van eieren in het zwanennest.


Achter de kerk van De Meije-Zegveld ligt een kleine Lourdesgrot. In de omringende iepenstruiken houdt een leger van de grauwe schildwants de wacht.


Pietje Potlood verschijnt al spoedig aan de horizon. Deze opvallende watertoren van dorp De Meije ligt op een drukke aanvliegroute van Schiphol en is voor de piloten bij mooi weer een nuttig baken voor als de automatische piloot is uitgevallen.


Aan de voet van de watertoren een schaapskooi, waar ooi en lam even kunnen bekomen van de bevalling. Vanaf de watertoren loopt een fietspad dwars door de Zuideinderplas, met halverwege boogbrug De Kwakel. Over grote lengte is los van het drukke fietspad een speciale metalen wandelbrug langs het water gemaakt. Hierdoor mooie uitzichten over de Zuideinderplas. Een waterwegwijzer op een klein eilandje wijst de waterweg naar Nieuwkoop en Zwammerdam.


Langs het pad begint echte valeriaan bijna te bloeien en gewone vogelmelk is al zo ver.


Aan het eind ligt dan lintdorp Nieuwkoop. Het vervelende aan een lintdorp is dat er geen eind aan komt. Vele luxe woningen liggen in de plassen op de geconsolideerde uiteinden van oude legakkers, helemaal door water omgeven en met een eigen brug naar de hoofdweg. Ik kom langs de oude herberg ’t Vliegend Paard, waar de schilders van de Haagse School vaak bleven overnachten tijdens hun activiteiten in de omgeving.


In het centrum van Nieuwkoop staat op het centrale plein een markante oude toren uit 1627, die deel uitmaakte van het toenmalige Gemeenlantsraethuys.                 

    

                                                                                                

[Beeldverhaal]


Gepost: 27 April 2024

 

Natuurmonumenten: Wandelroute Nieuwkoopse Plassen (21 km)