SELFIES: Noord-Spanje – Bilbao

Vrijdag, 12 juli 2024. We gaan op weg naar de grootste stad van Baskenland, Bilbao. De afstand naar Bilbao is maar een honderd kilometer, en ik heb onderweg twee stopplaatsen aangekruist, Loyola en Gernica. In principe volgen we zo veel mogelijk de kust, maar Loyola ligt een vijftiental kilometers van de kust af. Gernica komen we langs de kust vanzelf tegen.   


Wat is er te zien in Loyola? Ik heb mijn middelbare school periode (1961–1967) genoten op het St. Maartenscollege in Haren bij Groningen, destijds gerund door paters Jezuïeten. Pater Muskens (Latijn & Rector), pater Linnewever (wiskunde) en pater Swüste (Duits) staan me nog helder voor de geest. Ik heb in mijn jeugdige onbezonnenheid wel eens overwogen om zelf Jezuïet te worden. Nu is de orde van de Jezuïeten in 1539 gesticht door St. Ignatius van Loyola (1491–1556)!


Een mooie gelegenheid dus om eens te zien wat de hoogopgeleide en rijke Jezuïeten van zijn geboorteplaats hebben gemaakt. Nou, dat is niet mis. Het ‘heiligdom’ is een enorm klooster met als hoogtepunt de basiliek. Het geboortehuis van Ignatius is in het complex opgenomen. Uiteraard wordt het leven van Ignatius in geuren en kleuren verteld en uitgebeeld.


In het kort: In een veldslag bij Pamplona raakt Iñigo in 1521 gewond. Hij wordt naar zijn huis in Loyola gebracht om te herstellen. Tijdens zijn ziekbed neemt zijn leven een drastische wending: roeping! Hij gaat in 1522 op pelgrimage naar Jerusalem met een stop-over in het klooster van Montserrat in Catalonië. Daar legt hij definitief het zwaard af, voor de voeten van de Zwarte Madonna. Hij gaat studeren in Parijs voor priester (Ignatius) en verzamelt een aantal vrienden om zich heen. Dit groeit uit tot de ‘Society of Jesus’, steun en toeverlaat van de Paus in de strijd tegen de Reformatie.


Tegenwoordig zijn er zo’n 25.000 Jezuïeten in 110 landen, vooral in de Derde Wereld: missionarissen, met name actief in hoger en middelbaar onderwijs. Ze geven boeken, tijdschriften en kranten uit en bemannen tientallen radiostations, waaronder Radio Vaticaan.


‘Gelouterd’ keren we daarna terug naar de prachtige kustroute met uitgestrekte Eucalyptus bossen op de rotsformaties. Bij Lekeitio houden we een picknick langs de weg met uitzicht op zee. Er groeit en bloeit veelvuldig in de berm een plant die bij ons in boeketten wordt verwerkt: Crocosmia uit de lissenfamilie.


We drinken koffie in het dorp Ea tussen de ‘locals’. Marita had gehoord van een collega dat we dit idyllisch plekje niet zomaar voorbij moesten rijden.


De kustroute volgend komen we in Gernica (Guernica in het Spaans), een belangrijke symbolische plek voor de Basken. In de Casa de Juntas zetelt de wetgevende macht van de provincie Biskaje. Helaas zijn we net te laat voor de laatste excursie door het gebouw. In de tuin staat in een tempeltje de versteende stam van de Boom van Gernica, waaronder eeuwenlang de Baskische leiders vergaderden. Tijdens de Spaanse Burgeroorlog werd op 26 april 1937 het Baskisch verzet gebroken door het eerste tapijtbombardement op een hele stad met al zijn burgers, uitgevoerd op verzoek van Franco door de luchtmacht van nazi-Duitsland en nazi-Italië. Deze gebeurtenis werd door Picasso nog in hetzelfde jaar abstract vastgelegd in zijn enorme schilderij Guernica, dat tegenwoordig in Madrid is te bewonderen.


Op een uitloper in zee ligt de kluizenarij San Juan de Gaztelugatxe. Wij waren van plan het wandelingetje naar de rotswoning te maken, maar het is er een drukte van jewelste. Geen reservering? Eerstvolgende mogelijkheid op 31 juli!


We nemen onze intrek in Hotel Catalonia Gran Via Bilbao. Het lijkt als twee druppels water op het hotel in San Sebastián, alleen een sterretje minder. Het is vrijdagavond. Het uitgaansgebied achter ons hotel is één en al bars met luidruchtige jongeren en vitrines vol pintxos. Wij willen niet iedere maaltijd alleen maar pintxos eten. We vinden een rustig restaurant voor heerlijke taco’s; de pintxos mogen de gaatjes vullen.


Zaterdag, 13 juli 2024, is helemaal voor de stad Bilbao. We hebben al tickets voor de grote attractie van de stad, het Guggenheim Museum, begin van de middag. Vanochtend een wandeling naar en door de Oude Stad. We hoeven de Gran Via, waar ons hotel aan ligt, maar uit te lopen. Onderweg statige gebouwen genoeg, zoals het Palacio de la Diputación Foral, zetel van de uitvoerende macht van de provincie Biskaje (de wetgevende macht zetelt in Gernica). De Oude Stad ligt aan de andere zijde van de Nervión, de rivier die door Bilbao stroomt.


Langs het Teatro Arriaga lopen we recht af op de Catedral de Santiago. Vast aan de kathedraal zit een klooster van de zusters Franciscanessen, die kunnen brevieren rond een kloosterhof met citroenbomen.


In een straatje hangt weer een Palestijnse vlag. In een groentewinkel warempel een bak met okra tussen de knollen en de hete pepers. Veel fourniturenwinkeltjes, waar ze allerlei hoeden verkopen. De viswinkel heeft flink wat bakalada (kabeljauw) in de etalage liggen, vandaag een speciale aanbieding. 


Nog een blik in een kerk, de Iglesia de San Anton. Vervolgens het marktgebouw Mercado de la Ribera langs de rivier, met vele eettentjes voor een aangename lunch.


Gisteren gemerkt dat het koelsysteem van de Zafira wat vocht verliest. Ik kreeg echter het vacuüm gezogen reservoir met blote handen niet open om bij te vullen. Vandaag in een gereedschapswinkel een waterpomptang gekocht.


We wandelen langs de rivier richting het Guggenheim Museum. Aan de overkant het modernistische Bilbao-Concordia stationsgebouw oftewel Station Santander. Aan deze kant vechtsporters die oefenen op de openbare stoep en lila halsbloemen die vanuit de kademuur boven het water hangen. Op de kade een kunstwerk van Jorge Oteiza (1908–2003), net als Eduardo Chillida, een beroemde Baskische beeldhouwer. Er worden zelfs kunstreizen naar Baskenland georganiseerd om uitvoerig kennis te maken met het werk van deze twee kunstenaars.


We steken de rivier over via de voetgangersbrug Zubizuri ofwel ‘witte brug’ van architect Calatrava, vooral bekend van zijn ‘Stad van kunsten en wetenschappen’ in Valencia (‘Valencia – Eerste indruk’. In: Paradijs, 2022). In de Haarlemmermeer schijnen drie Calatrava bruggen te liggen, de Harp, de Citer en de Luit. Ik ben ze op mijn tochten nog niet tegengekomen.  


Dan onder de Puente La Salve door, die bijna een eenheid vormt met de bizarre vormen van het met titanium beklede Guggenheim, ontworpen door architect Frank Gehry. Rond het Guggenheim staan een aantal kunstwerken in de openbare ruimte. ‘Las Sirgueras’ van Dora Salazar, vier vrouwen met een touw over de schouder. Ze staan symbool voor vrouwenwerk, maar of het voorttrekken van boten op het jaagpad of kade nou typisch vrouwenwerk was, betwijfel ik. De reuzenspin ‘Maman’ van Louise Bourgeois is een publiekstrekker. ‘Tall Tree & The Eye’ in een waterpartij bestaat uit spiegelende metalen bollen om een drietal assen, van Anish Kapoor. ‘Flower Puppy’ van Jeff Koons, een hondje (tien meter hoog) met een vacht van zo’n zeventigduizend bloemen. Prachtig!


Niet officieel zijn de twee personen als puppies verkleed die met hun klepperbek keffen tegen voorbijgangers voor een fooi. Even later liggen de houten koppen en jurken voor dood plat op de grond als de artiesten even pauzeren voor een ijsje.


Bij de entree van het museum wordt mijn rugzak gescand. We zien de operator even wantrouwend op het scherm kijken naar mijn nieuwe waterpomptang.


Enkele hoogtepunten binnen zijn de enorme stalen structuren en doolhoven (‘The Matter of Time’) van Richard Serra (1938–2024), die een zaal zo groot als een half voetbalveld vullen (Museum Voorlinden heeft ook zo’n structuur – ‘Open ended’ – van zijn makelij). Dan de gekleurde, spiegelende glazen tulpen van Jeff Koons. En de enorme zaal-vullende ‘Soft Shuttlecock’ van Claes Oldenburg (1929–2022) en Coosje van Bruggen (1942–2009), vertegenwoordigers van de popart. De badminton shuttle heeft inmiddels zo veel klappen gehad, dat hij er als een dood vogeltje bij ligt. Een tijdelijke tentoonstelling betreft werk van de Japanse popart tekenaar Yoshitomo Nara. Motief is het zoete peutermeisje dat je met grote ogen aankijkt, maar met een zaag of mes verandert in een monster.


Genoeg Guggenheim Bilbao, een toeristische trekker van de bovenste plank, de enorme investering meer dan waard voor stad en Baskenland. 


We volgen de rivier naar het Euskalduna, een concertzaal en congrescentrum. Wij zijn niet onder de indruk; het valt al snel tegen na het bizarre Guggenheim. Op de Nervión wordt in grote kano’s geoefend voor een roeiwedstrijd. Aan de overkant een prachtig beeld van de ‘Lion King’ op een lelijk gebouw.


Bij donkerte gaan we vanuit het hotel nog even terug naar de omgeving van het Guggenheim voor de ‘verlichting’. Bilbao by night!

  

 

[Beeldverhaal]


Gepost: 5 September 2024