Wandelen: Bethunepolder

De Bethunepolder ligt tussen de Maarsseveense Plassen en de Loosdrechtse Plassen. Voorwaar, een bijzondere naam. Ene Belgische markies Auguste de Bethune Hesdigneul (1802–1884) probeerde, samen met zijn schoonzoon (1828–1908), rond 1880 het toenmalige meer droog te malen. De polder moet dus eigenlijk de De Bethunepolder worden genoemd.


Het droogmalen lukte maar zeer ten dele omdat in het gebied enorme hoeveelheden kwelwater omhoog borrelen. Toch is de polder naar hem vernoemd omdat de markies rond 1880 het Waterschap Bethune oprichtte.


Ook een volgende eigenaar, landbouwkundige Anton van Vloten (1864–1920) uit Maarssen, verslikte zich in het kwelwater en ging failliet aan de bemalingskosten. Dit doet sterk denken aan de mislukte pogingen om het Naardermeer droog te leggen (‘Rondje Naardermeer’. In: It giet oan!, 2016).


Het water dat opborrelt is van topkwaliteit, vijftig jaar lang gefilterd in de ondergrond op zijn lange weg vanaf de Utrechtse Heuvelrug naar deze laagte. Pas toen het Gemeentelijk Waterbedrijf Amsterdam vanaf 1930 drinkwater ging oppompen viel de polder voldoende droog voor veeteelt.   


Op donderdag, 2 mei 2024, neem ik een kijkje. Start op de grote parkeerplaats bij het recreatiegebied van de Maarsseveense Plassen (zie: ‘Oud-Zuilen’).


De bermen van de Herenweg staan vol bloeiende ereprijs, rode klaver, hondsdraf, gewone ooievaarsbek, robertskruid, lidrus en enkele plukken gewone vogelmelk


Bij de kruising met de Maarsseveensevaart ligt Fort Maarsseveen (1880), onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Het past in een rijtje met Fort Gagel, Fort aan de Klop en Fort Tienhoven om de toegangswegen door de waterlinie heen naar de Vecht te blokkeren. Het fort is tegenwoordig een ‘broedplaats’ voor kunst, cultuur en recreatie. Een koppel brandganzen heeft dankbaar gebruik gemaakt van de broedplaats. Ze zwemmen rond in de gracht met een  aantal jongen.


Ik betreed het Waterwingebied via de Bethuneweg en vervolgens over de Veenkade. Grutto’s roepen, kieviten maken acrobatische toeren in de lucht, hazen spitsen de lange oren en groene kikkers kwaken hun blaaskaken bolrond.


Gewone berenklauw komt opzetten in de bermen om straks met zijn schermbloemen het fluitenkruid af te lossen. Langs waterkanten begint echte valeriaan te bloeien.


Een sculptuur langs de Middenweg met informatieborden verhaalt over deze waterkraan van Amsterdam. Elke seconde borrelt in de Bethunepolder een kubieke meter schoon water naar de oppervlakte. Een kwart tot een derde van het Amsterdamse drinkwater wordt hier gewonnen. De sculptuur van bijna vijf meter hoog geeft aan hoe hoog het landschap lag zo’n duizend jaar geleden. De verzakking is een gevolg van afwatering en turfwinning.


Echte koekoeksbloem met zijn warrige roze bloemen steekt overal de kop op. Een witte kwikstaart vliegt een eindje met me op. Koolwitjes bezoeken de bloemetjes van look-zonder-look en andere kruisbloemigen zoals raapzaad en koolzaad. Ze heten niet voor niets ‘kool’witjes.


De noordwestelijke hoek van de polder is nog steeds niet goed droog te krijgen en hier bevindt zich een elzenbroekbos, het bosje van Robinson genoemd om mij onduidelijke redenen.


De grote grasachtige oeverplanten zijn zonder bloei wat moeilijk uit elkaar te houden voor een amateur zoals ik. Als de lange smalle bladeren in het bovenste deel een draai maken, dan hebben we te maken met lisdodde. De bladeren van egelskop zijn driekantig op doorsnee. Maar aan wie behoren de grasachtige bladeren met een deels gegolfde bladrand met duidelijke dwarsnerfjes? Het blijkt kalmoes te zijn. De plant is van Aziatische oorsprong en heeft daar belangwekkende medicinale toepassingen. In Nederland zou een extract van de wortelstok gebruikt worden voor Deventer koek en Berenburg! Ik heb mijn tien boekjes (2014 t/m 2023) erop nagezocht, maar de naam kalmoes is nooit gevallen. Het mag dan een primeur zijn, toch kan ik me niet voorstellen dat ik dit gegolfde blad nooit eerder heb gezien. In elk geval nooit herkend. Vegetatief lijkt kalmoes op gele lis, maar de bloei is heel anders. Overigens zet kalmoes hier geen zaad. Gele lis maakt zich momenteel bekend door zijn gele bloemen.  


Meerdere kiekendieven scheren over de bloemrijke weiden. Eentje lijkt over te vliegen met in zijn klauwen een slangetje, dat hij onderweg laat vallen. Distels zoals de kale jonker en de kruldistel beginnen te bloeien.


Ik bereik de Nieuweweg met zicht op Jachthaven Manten aan de zuidkant van de Loosdrechtse Plassen (Vijfde Plas). Langs deze Nieuweweg, tussen de Bethunepolder en de Loosdrechtse Plassen, stroomt het Tienhovensch Kanaal, een voormalige turfvaart, naar de Vecht. Het is tevens over een groot deel van zijn loop de bizarre grens tussen ’t Gooi (NH!) en de provincie Utrecht (‘Hollandsche Rading’. In: Dreamgirls, 2018). Een spitsmuisje heeft de grensoversteek niet overleefd.


In de rietkragen snort de snor. Die krijg ik niet voor de lens, maar wel de rietzanger. Talloze wilde eenden zwemmen rond met een schare nageslacht. De lucht is trouwens zwanger van de wilgenpluisjes. Mond dicht, snaveltje toe.


Via de rustige Meeuwenseweg bereik ik Tienhoven, waar de Bethunepolder eindigt. Vervolgens de Dwarsdijk door de Tienhovensche Plassen. Ik gebruik de lunch op een bankje. Zie dan een zwerfsteentje op de zitting liggen, opnieuw zonder opdracht of afzender. Het is wel het meest kunstzinnige keitje tot nu toe, met een afbeelding van een groene plant met een drietal rozige bloemen. Langs deze Dwarsdijk staat molen De Trouwe Waghter met een kleine houten schutsluis. De naam verwijst naar de molenaar die met de stand van de wieken tijdens de oorlog waarschuwingen doorgaf aan onderduikers in de omgeving.


De weteringen van de Tienhovensche Plassen zitten vol met een ondergedompelde waterplant. Het blijkt een vederkruid te zijn. Ik zie een snoek vlak onder het wateroppervlak tussen de stronken door manoeuvreren. 


In het unieke verkavelingspatroon met de vorm van een ‘Taartpunt’ ligt Landgoed Dwarsdijkerveld. Vanaf een kunstmatige uitzichtbult met een bankje zie ik een drietal vrijwilligers de ongewenste elementen uit het natte gebied verwijderen. Het beroemde volautomatische watermolentje van Bosman uit Piershil helpt bij het reguleren van de waterstand.


De route is vervolgens enigszins omgelegd wegens werkzaamheden, maar slecht aangegeven. Logisch dat ik belaagd word door enkele onrustige kieviten, die hun pullen in het hoge gras waarschuwen voor die vreemde snuiter, die hier helemaal niet mag komen.


Vervolgens door de Molenpolder van de Maarsseveense Plassen langs de Nedereindsevaart. “Dit is mijn petgat” laat een meerkoet weten, en jaagt met geweld enkele kuifeenden de stuipen op het lijf.


Koekoeken roepen naar elkaar terwijl de koekoeksbloem overal bloeit. Is er een verband? Jazeker! Ooit dacht men dat het schuim in de bladoksels van de koekoeksbloem spuug was van de koekoek! In de echte wereld is het de camouflage van een cicade.    


Ik kom uit bij Sauna SpaSereen aan de Maarsseveense Plassen en wandel het mij bekende stukje om de Grote Plas heen naar de parkeerplaats (zie: ‘Oud-Zuilen’). Op een verkeersbord zit een sticker van de extreemrechtse organisatie Voorpost (tegen ‘omvolking’), met ‘een hartje voor Zwarte Piet’. Gelukkig levert Voorpost op dit onderwerp een achterhoedegevecht.     

                                                                                               


[Beeldverhaal]


Gepost: 10 Mei 2024

 

Komoot: Streekmuseum Vredegoed – Uitzicht Bethunepolder. Rondje vanuit Maarssen (16 km)